Johannes Passion van J.S. Bach

Medewerkenden

Het Westerkerkkoor voert de Johannes-Passion uit, onder begeleiding van Ensemble ’t Kabinet. De solopartijen worden gezongen door Mark Bonney (Evangelist, tenor), Bram Trouwborst (Christus), Tanja Obalski (sopraan), Ingeborg Bröcheler (alt) en Ben Kazez (bas). JanJoost van Elburg, de vaste dirigent van het Westerkerkkoor, leidt de uitvoering. Voorganger: Cristina Pumplun, orgel: Evan Bogerd.

Meesterwerk van 300 jaar oud

‘Herr, unser Herrscher’. Het is de beroemde tekst waarmee de Johannes-Passion, die Bach in 1724 voltooide, begint. Veelzeggend is dat er niet vooruit wordt gekeken naar Jezus’ kruisiging, maar naar zijn koningschap. Er wordt als het ware voorbij zijn lijdensweg gekeken.

Over de Johannes-Passion van J.S. Bach wordt soms gesproken als de iets minder geslaagde oudere broer van de Matthäus-Passion. Dat is onterecht, het zijn allebei meesterwerken, elk op hun eigen manier. Waar het bij ‘de Matthäus’ draait om het persoonlijke, diep menselijke drama van Jezus’ kruisiging, is ‘de Johannes’ eerder een fel rechtbankdrama, met een feitelijker toon, die het werk juist zeggingskracht geeft. In terugkerende turbae - koordelen die deel uitmaken van het verhaal - met dreigende, chromatische lijnen roept het volk op tot Jezus kruisiging. Je voelt de volkswoede en je hoort zich het onvermijdelijke drama voltrekken. En dan is daar, na het slotkoor ‘Ruht wohl’ ineens dat tedere, troostrijke koraal ‘Ach Herr, lass mein lieb’ Engelein’: de overledenen zullen uiteindelijk, op de jongste dag, hun Heiland ontmoeten. De ‘Herr’ verwijst weer naar het openingskoor en daarmee is de cirkel rond: de Heer als begin en einde van het verhaal.